Een kind tot 18 maanden (0 -1,5 jaar)
Beloningssysteem
Een beloningssysteem kan verschillende vormen aannemen. De meest gangbare en zeer effectieve, is de stickerkaart. Maak een kaart met een aantal vakjes waar je kind na gewenst gedrag een sticker in kan plakken. Als de kaart vol is, kan er eventueel een grotere beloning volgen. Beloon nooit met snoep of ander eten.
Conditionering
Het aan- en afleren van gedrag door het gedrag te belonen of te bestraffen.
Dreumes
Een kind van 18 maanden tot 30 maanden (1,5 - 2,5 jaar)
Hechting
De emotionele band tussen opvoeder en kind.
Veilige hechting:
Kinderen die veilig gehecht zijn, zien hun ouder (primaire opvoeder) als veilige basis. Ze hebben duidelijk voorkeur voor de ouder boven een vreemde. Als ze worden gescheiden van hun ouder zijn ze even ontzet, maar zodra de ouder weer in beeld komt, zoeken ze contact. Deze kinderen zijn makkelijk te troosten.
- vermijdende hechting
Deze kinderen lijken geen interesse te tonen in de ouder (primaire opvoeder). Ze reageren op een vreemde hetzelfde als op de ouder. Als ze worden gescheiden van hun ouder, zijn deze kinderen niet overstuur. Bij hereniging met de ouder vermijden ze de ouder.
- afwerende/ambivalente hechting
Deze kinderen hangen erg aan hun ouder (primaire opvoeder) waardoor ze weinig zelf op onderzoek uit gaan. Ze zijn erg eenkenning en moeten vaak niets van vreemden hebben. Als ze worden gescheiden van hun ouder zijn deze kinderen erg overstuur. Bij hereniging zijn ze erg boos op de ouder, maar als de ouder toenadering zoekt, laten ze de ouder niet meer los. Deze kinderen zijn erg moeilijk te troosten.
- gedesoriënteerde hechting
Deze kinderen weten niet goed hoe ze zich moeten gedragen richting de ouder (primaire opvoeder). Ze lijken geen keuze te kunnen maken tussen ouder en vreemde. Als deze kinderen worden gescheiden van hun ouder zijn ze in de war, maar raken ze vaak niet overstuur. Juist zien we weinig emotie bij deze kinderen. Bij hereniging met de ouder zien we vaak tegenstrijdig gedrag. Ze negeren de ouder, als deze ze wil oppakken en maken een verwarde indruk. Nadat het kind van de schrik is bekomen, kan hij gaan huilen en is hij vaak slecht benaderbaar.
Kindhoogte
Op ooghoogte met je kind
Naughty chair
Het concept van 'supernanny' Jo Frost. Een afkoelplekje als een kind herhaaldelijk ongewenst gedrag laat zien. Voor een uitgebreide beschrijving over het gebruik van de naughty chair zie de blogpost over ongewenst gedrag.
Non-verbale communicatie
Communicatie door middel van gebaren en lichaamstaal
Opvoedstijlen:
- Autoritatieve stijl
Een stijl waarbij de opvoeder warm, betrokken, geduldig en gevoelig reageert op het kind. De opvoeder heeft de controle, maar stimuleert het kind wel tot autonomie. De opvoeder stelt redelijke, haalbare eisen aan het kind en legt uit. Er is ruimte voor overleg bij onenigheid. De opvoeder stimuleert het kind om gedachten en gevoelens te uiten en om eigen keuzes te maken op het moment dat het kind daar klaar voor is.
Kinderen die op deze manier worden opgevoed zijn over het algemeen vrolijke, coöperatieve kinderen met zelfvertrouwen, goede motivatie en zelfcontrole. Op latere leeftijd zien we dat deze kinderen het goed doen op school, veel zelfvertrouwen hebben, sociaal en emotioneel volwassen zijn, graag willen presteren en dat ze open staan voor anderen.
In Nederland voeden de meeste ouders hun kinderen volgens deze stijl op.
- Autoritaire stijl
De stijl komt koud en afwijzend over. Er worden veel eisen gesteld aan het kind en er is geen ruimte voor overleg. Het kind wordt veel bekritiseerd en gestraft en de opvoeder staat duidelijk boven het kind. De opvoeder maakt de keuzes voor het kind en stimuleert het kind niet dit zelf te doen. De opvoeder luistert niet of nauwelijks naar wat het kind te vertellen heeft.
Kinderen met ouders die op deze manier opvoeden zijn vaak ongelukkig en angstig. Ze hebben weinig zelfvertrouwen en zijn snel bang dat ze fouten maken. Naar andere kinderen komen deze kinderen afhankelijk over, maar kunnen agressief reageren als ze gefrustreerd zijn. Op latere leeftijd zien we dat deze kinderen zich moeilijk kunnen aanpassen.
- Permissieve stijl (ook wel lassaiz-fair genoemd)
Deze stijl komt warm over, maar opvoeders zijn vaak erg soepel en onoplettend. Er worden nauwelijks eisen gesteld aan het kind. Het kind mag veel zelf bepalen en eigen keuzes maken, ook als hij hier nog niet klaar voor is. Opvoeders zijn wel geïnteresseerd in het kind en de keuzes die hij maakt.
Kinderen die te maken hebben gehad met deze opvoedstijl hebben grote moeite om hun gedrag te reguleren. Ze zijn vaak ongehoorzaam en worden boos als ze wordt gevraagd iets te doen. Ook stellen ze veel eisen en zijn ze daarnaast erg afhankelijk. Op latere leeftijd zien we bij deze groep kinderen weinig doorzettingsvermogen en een erg lage zelfcontrole. Vaak worden dit mensen die slecht tegen autoriteit kunnen.
- Niet betrokken stijl
Bij deze stijl zien we opvoeders niet gemotiveerd zijn om hun kind te begeleiden naar volwassenheid. Ze zijn emotioneel afgesloten van het kind. Er worden weinig tot geen eisen aan het kind gesteld, maar er is ook geen interesse in wat het kind zelf besluit. In zijn meeste extreme vorm kan er bij deze opvoedingsstijl sprake zijn van kindermishandeling in de vorm van verwaarlozing.
Deze opvoedstijl heeft grote invloed op alle ontwikkelgebieden bij een kind. Kinderen zijn vaak onveilig gehecht, en hebben weinig sociale vaardigheiden. Daarnaast kunnen ze zich erg slecht aanpassen. Op latere leeftijd zien we dat deze kinderen hun emoties en gedrag slecht kunnen reguleren, dat ze het niet goed doen
op school en weinig zelfvertrouwen hebben. Vaak zien we ook anti-sociaal gedrag.
Peuter
Een kind van 30 maanden tot 48 maanden (2,5 - 4 jaar)
Reguleren van emoties
Met reguleren van emoties bedoelen we dat je in staat bent om wat je voelt te controleren en hierbij je gedrag aan te passen aan wat van je verwacht wordt. Je gaat niet midden in de supermarkt staan huilen omdat ze je lievelingsmerk koekjes niet meer hebben. Ook al voel je op dat moment wellicht wel hevige verdrietige gevoelens. Je kunt hierover nadenken en je 'realiseren' dat huilen op dit moment geen gepast gedrag is. Ook zul je vrij snel in staat zijn je minder verdrietig te voelen door bijvoorbeeld een ander pak koekjes mee te nemen.
Tabula rasa theorie
Een kind wordt geboren als een 'onbeschreven blad'. Niks is aangeboren, alles is aangeleerd. Een kind wordt volledig gevormd door zijn omgeving.
Theory of mind
Dit is het vermogen om je een beeld te vormen van het perspectief van de ander. Je in te kunnen leven in een ander, zo gezegd.
Verbale communicatie
Communicatie door middel van klanken en woorden
Terug naar blog
- gedesoriënteerde hechting
Deze kinderen weten niet goed hoe ze zich moeten gedragen richting de ouder (primaire opvoeder). Ze lijken geen keuze te kunnen maken tussen ouder en vreemde. Als deze kinderen worden gescheiden van hun ouder zijn ze in de war, maar raken ze vaak niet overstuur. Juist zien we weinig emotie bij deze kinderen. Bij hereniging met de ouder zien we vaak tegenstrijdig gedrag. Ze negeren de ouder, als deze ze wil oppakken en maken een verwarde indruk. Nadat het kind van de schrik is bekomen, kan hij gaan huilen en is hij vaak slecht benaderbaar.
Kindhoogte
Op ooghoogte met je kind
Naughty chair
Het concept van 'supernanny' Jo Frost. Een afkoelplekje als een kind herhaaldelijk ongewenst gedrag laat zien. Voor een uitgebreide beschrijving over het gebruik van de naughty chair zie de blogpost over ongewenst gedrag.
Non-verbale communicatie
Communicatie door middel van gebaren en lichaamstaal
Opvoedstijlen:
- Autoritatieve stijl
Een stijl waarbij de opvoeder warm, betrokken, geduldig en gevoelig reageert op het kind. De opvoeder heeft de controle, maar stimuleert het kind wel tot autonomie. De opvoeder stelt redelijke, haalbare eisen aan het kind en legt uit. Er is ruimte voor overleg bij onenigheid. De opvoeder stimuleert het kind om gedachten en gevoelens te uiten en om eigen keuzes te maken op het moment dat het kind daar klaar voor is.
Kinderen die op deze manier worden opgevoed zijn over het algemeen vrolijke, coöperatieve kinderen met zelfvertrouwen, goede motivatie en zelfcontrole. Op latere leeftijd zien we dat deze kinderen het goed doen op school, veel zelfvertrouwen hebben, sociaal en emotioneel volwassen zijn, graag willen presteren en dat ze open staan voor anderen.
In Nederland voeden de meeste ouders hun kinderen volgens deze stijl op.
- Autoritaire stijl
De stijl komt koud en afwijzend over. Er worden veel eisen gesteld aan het kind en er is geen ruimte voor overleg. Het kind wordt veel bekritiseerd en gestraft en de opvoeder staat duidelijk boven het kind. De opvoeder maakt de keuzes voor het kind en stimuleert het kind niet dit zelf te doen. De opvoeder luistert niet of nauwelijks naar wat het kind te vertellen heeft.
Kinderen met ouders die op deze manier opvoeden zijn vaak ongelukkig en angstig. Ze hebben weinig zelfvertrouwen en zijn snel bang dat ze fouten maken. Naar andere kinderen komen deze kinderen afhankelijk over, maar kunnen agressief reageren als ze gefrustreerd zijn. Op latere leeftijd zien we dat deze kinderen zich moeilijk kunnen aanpassen.
- Permissieve stijl (ook wel lassaiz-fair genoemd)
Deze stijl komt warm over, maar opvoeders zijn vaak erg soepel en onoplettend. Er worden nauwelijks eisen gesteld aan het kind. Het kind mag veel zelf bepalen en eigen keuzes maken, ook als hij hier nog niet klaar voor is. Opvoeders zijn wel geïnteresseerd in het kind en de keuzes die hij maakt.
Kinderen die te maken hebben gehad met deze opvoedstijl hebben grote moeite om hun gedrag te reguleren. Ze zijn vaak ongehoorzaam en worden boos als ze wordt gevraagd iets te doen. Ook stellen ze veel eisen en zijn ze daarnaast erg afhankelijk. Op latere leeftijd zien we bij deze groep kinderen weinig doorzettingsvermogen en een erg lage zelfcontrole. Vaak worden dit mensen die slecht tegen autoriteit kunnen.
- Niet betrokken stijl
Bij deze stijl zien we opvoeders niet gemotiveerd zijn om hun kind te begeleiden naar volwassenheid. Ze zijn emotioneel afgesloten van het kind. Er worden weinig tot geen eisen aan het kind gesteld, maar er is ook geen interesse in wat het kind zelf besluit. In zijn meeste extreme vorm kan er bij deze opvoedingsstijl sprake zijn van kindermishandeling in de vorm van verwaarlozing.
Deze opvoedstijl heeft grote invloed op alle ontwikkelgebieden bij een kind. Kinderen zijn vaak onveilig gehecht, en hebben weinig sociale vaardigheiden. Daarnaast kunnen ze zich erg slecht aanpassen. Op latere leeftijd zien we dat deze kinderen hun emoties en gedrag slecht kunnen reguleren, dat ze het niet goed doen
op school en weinig zelfvertrouwen hebben. Vaak zien we ook anti-sociaal gedrag.
Peuter
Een kind van 30 maanden tot 48 maanden (2,5 - 4 jaar)
Reguleren van emoties
Met reguleren van emoties bedoelen we dat je in staat bent om wat je voelt te controleren en hierbij je gedrag aan te passen aan wat van je verwacht wordt. Je gaat niet midden in de supermarkt staan huilen omdat ze je lievelingsmerk koekjes niet meer hebben. Ook al voel je op dat moment wellicht wel hevige verdrietige gevoelens. Je kunt hierover nadenken en je 'realiseren' dat huilen op dit moment geen gepast gedrag is. Ook zul je vrij snel in staat zijn je minder verdrietig te voelen door bijvoorbeeld een ander pak koekjes mee te nemen.
Tabula rasa theorie
Een kind wordt geboren als een 'onbeschreven blad'. Niks is aangeboren, alles is aangeleerd. Een kind wordt volledig gevormd door zijn omgeving.
Theory of mind
Dit is het vermogen om je een beeld te vormen van het perspectief van de ander. Je in te kunnen leven in een ander, zo gezegd.
Verbale communicatie
Communicatie door middel van klanken en woorden
Terug naar blog
Geen opmerkingen:
Een reactie posten