De kinderen op het kinderdagverblijf staan de hele dag door voor een hoop keuzes. Zo ook tijdens het middageten. De kinderen mogen dan kiezen wat ze willen drinken en of ze een boterham in stukken willen of niet. Dat deze keuzes na enige tijd niet zo moeilijk meer zijn, bewijst dit volgende citaat van een kind (2) die in één adem antwoordt op de vraag wat hij wil drinken:
"Water, thee, niet gesneden!"
Het eten en drinken. Een veel besproken onderwerp op het kinderdagverblijf. Én een onderwerp dat bij ouders met jonge kinderen vaak vele vragen oproept. Aangezien ik geen voedingsdeskundige ben, zal ik hieronder vooral ingaan op het pedagogische aspect van het omgaan met en het aanbieden van eten en drinken. Af en toe zal ik kort verwijzen naar de informatie die ik zo hier en daar via voedingsdeskundigen heb opgedaan. Maar, mijn ervaring is ook hier: zoveel deskundigen, zoveel visies.
Is deze blog je te lang? Lees dan alleen de 'tips and tricks' onderaan deze blog!
Baby's (hier tot 1 jaar)
Een ritme
Bij de hele jonge baby's komt nog niet veel pedagogiek kijken als het gaat om het drinken. De baby's krijgen borstvoeding of kunstvoeding naar behoefte. En dat is het. Gaandeweg kan je ook hier een ritme in gaan ontwikkelen met je kind wat ervoor zorgt dat hij met een maand of 4 netjes om de 4 uur drinkt. Hoeveel je baby drinkt, verschilt per kind, maar zo'n 180cc is gemiddeld te noemen.
Een ritme ontwikkelen met betrekking tot het drinken, gaat op eenzelfde manier als een ritme ontwikkelen bij het slapen. Je kijkt naar de behoefte van je baby en je zal merken dat hij vanzelf meer per keer drinkt en zodoende dus ook langer zonder voeding kan. Om te stimuleren dat je baby dit gaat doen, kun je simpelweg het voeden zelf ook steeds een beetje gaan uitstellen.
Leren drinken uit een fles
Voor baby's die borstvoeding krijgen, kan het soms lastig zijn om te leren drinken uit een fles. Vaak is dit echter wel nodig, omdat mama niet altijd in de buurt is. Gelukkig heeft de commerciële markt hier al op ingespeeld: er zijn verschillende speciale flessen die op een meer natuurlijke manier dan de 'gewone' fles de stroom van voeding beïnvloedt. Dit blijkt voor veel baby's ook effectief. Toch kan het soms nog steeds moeilijk zijn voor een baby dat hij ineens moet zuigen uit een fles in plaats van mama's borst om in zijn eerste levensbehoefte te voorzien. Verschillende theorieën heb ik inmiddels gehoord om dit te laten lukken. De één zegt dat mama het beste kan leren om het kind uit de fles te laten drinken, dicht tegen haar aan. Dit omdat het verschil met de borst dan zo klein mogelijk is. De ander adviseert juist om een ander (papa) dit te laten doen en dat mama dan zelfs niet eens in de buurt mag zijn. Anders zou het kind enkel de borst van mama willen en niet de fles.
Wat in de praktijk het beste werkt, heb ik zelf nog niet ontdekt. Wat ik wel weet, is dat het vooral belangrijk is, zoals altijd met voeden, dat er rust, veiligheid en intimiteit is. Voeden is een intieme aangelegenheid. Je baby is dicht bij je en je hebt (zeker bij borstvoeding) intiem contact. De baby moet zich veilig voelen en daarvoor zul jij in alle rust de voeding moeten aanbieden én de intimiteit op dat moment ook echt moeten ervaren. Geniet ook vooral van dit fijne moment samen met je baby.
Andere 'trucjes' die kunnen helpen als het voeden (uit de fles) niet makkelijk gaat, is zorgen dat je kind je vinger vasthoudt (vaak willen baby's met hun handje iets vasthouden tijdens het zuigen), zachtjes over het wangetje van je baby aaien (dit kan de zuigreflex stimuleren) en een beetje heen en weer wiegen tijdens het voeden (dit lijkt als simpele afleiding te werken, waardoor de baby even 'vergeet' dat hij uit een fles zuigt in plaats van een borst).
Andere voeding dan borst- of kunstvoeding
In mijn optiek heeft een baby het eerste levensjaar voldoende aan de borst- of kunstvoeding. Echter, ook hier verschillen de meningen over. Op verschillende momenten gedurende het eerste levensjaar kan zeker worden gestart met groente- en fruithapjes, yoghurt, soepstengels, stukjes brood, etc. Echter, dit is vooral om je baby te laten wennen aan deze smaken én om hem te laten wennen aan vast voedsel. Mijns inziens heeft je baby deze voedingsstoffen het eerste jaar nog niet nodig.
Over hoe je je kind kan laten wennen aan de verschillende smaken en structuren, zijn de meningen eveneens zeer verdeeld. Eerst beginnen met fruit of eerst beginnen met groente? Wanneer gaan we brood geven? Het consultatiebureau vertelt je over het algemeen precies wanneer je met wat kan beginnen en heeft hier ook goede uitleg bij.
De manier van aanbieden, zou ik vooral erg speels houden en zeker niet al te dwingend. Probeer vaste tijden te hanteren naarmate je dezelfde voeding vaker geeft. En probeer rekening te houden met de borst- of kunstvoeding. Vlak na een fles heeft een kind waarschijnlijk geen zin in een fruithapje.
Dreumesen en peuters (hier vanaf 1 jaar)
Na het eerste levensjaar kan de borstvoeding worden afgebouwd en kan daar ander eten en drinken voor in de plaats komen. In de praktijk merk ik dat vooral het drinken nogal eens een probleem oplevert. Ook merk ik dat ouders zich sneller zorgen maken als een kind slecht drinkt, in plaats van slecht eet. Eerst maar het drinken dus.
Drinken
De overgang van borst- of kunstvoeding naar andere vloeistoffen, is niet voor elk kind even makkelijk. Allereerst zal je natuurlijk geadviseerd worden de borst-/kunstvoeding af te bouwen. Niet in één keer stoppen, maar eerst eens één fles vervangen voor iets anders. In het begin, wellicht al voor het eerste jaar, is yoghurt een goede vervanging voor een fles. Hier zitten juiste voedingsstoffen in én de yoghurt wordt gelepeld gegeven. Uiteindelijk zul je echter ook willen dat je kind andere vloeistoffen zelf gaat drinken.
In eerste instantie lijkt gewone melk (niet geven vóór het eerste jaar) een logische opvolging op de borst-/kunstvoeding. Echter, gewone melk lijkt in de verste verte (behalve misschien de kleur) nier op borst-/kunstvoeding, dus dit is niet waar. Voor je kind is dit echt totaal iets anders. Meestal wordt geadviseerd eerst met water of thee te beginnen. Beide hebben een neutrale smaak en thee kun je lauwwarm aanbieden wat vaak als erg prettig wordt ervaren aangezien je kind gewend is om zijn voeding lauwwarm te nuttigen. Mijn advies hierin: biedt het veel aan. Bij elk fruithapje, groentehapje, broodje, ect. wat thee of water aanbieden. Mocht je kind thee slecht drinken, dan kan je hier in het begin één of twee schepjes kunstvoeding doorheen doen. Zo 'fop' je je kind een beetje en went hij langzaam aan de smaak van thee. De hoeveelheid voeding door de thee bouw je steeds meer af, totdat je kind de thee drinkt zonder voeding. (Helaas werkt dit uiteraard alleen als je kind kunstvoeding heeft gehad in plaats van borstvoeding...)
Veel ouders die zich zorgen maken om de hoeveelheid vocht die hun kind binnen krijgt, geven hun kind uiteindelijk maar sap, omdat kinderen dit vaak wel goed drinken. Dit snap ik erg goed en is op zich prima. Wel zou ik er op letten dat het kind niet alleen maar sap drinkt. Probeer het aanbieden van sap te beperken tot één of twee bekers per dag en doe dit aan het einde van de middag. Zo is er duidelijkheid voor jou en je kind en blijf je daarnaast ook gewoon water en thee aanbieden.
Met sap bedoel ik overigens een variant die je aanlengt (zoals diksap) geschikt voor jonge kinderen. Probeer andere dranken, zoals limonade, zoete zuiveldranken, appelsap en frisdrank zo lang mogelijk uit te stellen. Hier zitten geen voedingsstoffen in die kinderen nodig hebben, maar bevatten vooral veel slechte suikers. Bovendien raken kinderen snel gewend aan de zoete dranken waardoor het nog moeilijker kan worden om water en thee te leren drinken.
Eten
Ook het vaste voedsel wordt geleidelijke geïntroduceerd bij je kind. Groente- en fruithapjes zijn vaak de eerste introductie. Zoals al eerder gezegd, biedt het eten speels aan en zeker niet te dwingend. Hierin is een sleutelwoord: eet samen met je kind. Geef je je kind een fruithapje? Eet zelf ook wat fruit en maak er een leuk moment van.
Als je kind wat ouder wordt, kan je hem steeds meer gaan betrekken bij het eten. Niet alleen het eten zelf, maar ook de voorbereiding. Laat hem kiezen welk fruit hij wil eten en schil en snijd het samen. Al vrij snel kan je kind zelf zijn brood smeren met boter, uiteraard help je hem, beleg kiezen en zijn brood snijden. Overigens is beleg op je brood simpelweg een middel om de boterham wat lekkerder te maken. Zolang je kind dus niet vraagt om beleg, hoef je dit ook niet per se op de boterham te doen. Echter, je kind ziet jou naar alle waarschijnlijkheid wel beleg eten en zodoende komt er uiteindelijk toch vaak beleg op de boterham. Welk beleg je kiest, is aan jou. Probeer ook hier wel voor de gezonde varianten te kiezen. Denk bijvoorbeeld aan smeerkaas speciaal voor kinderen met minder zout. Bedenk je daarnaast ook dat hartig beleg niet per se gezonder is dan zoet beleg. Een reden om wel voor hartig beleg te kiezen, is om je kind te laten wennen aan de hartige smaak.
Dan de hoeveelheid eten. Een voedingsdeskundige hoorde ik ooit zeggen: jij bepaalt wat je kind eet, je kind bepaalt hoeveel hij eet. Hier ben ik het niet helemaal mee eens. Hierboven hebben we al gelezen dat een kind zelf ook heel goed kan kiezen wat hij wil eten. Uiteraard geef je hem een keuze uit een paar dingen die jij van te voren bepaalt. Maar, ook de hoeveelheid volledig door je kind laten bepalen, lijkt mij, pedagogisch gezien, niet altijd verstandig.
Laat ik voorop stellen dat ik er absoluut geen voorstander van ben om een strijd aan te gaan als het het eten en drinken betreft. Wel kun je als opvoeder het eten stimuleren én daarnaast bepalen wat een kind minimaal van jou moet eten. Een kind kan nu eenmaal niet leven op een halve boterham per dag. Eet je kind slecht? Probeer dan vooral de oorzaak hiervan te achterhalen. Het ene kind zal meer trek hebben dan het andere, maar vaak heeft slecht eten niet te maken met weinig trek. Zo kan het een machtsstrijd worden. Je kind merkt dat hij zelf kan en mag bepalen, dus doet hij dat ook met eten. Wat als ik gewoon niks eet? Ook hier mogen grenzen gesteld worden. Veel woorden zou ik er echter niet aan vuilmaken. Laat het duidelijk zijn wat je minimaal van je kind verwacht. Eet hij niet? Laat je kind dan niet eindeloos aan tafel zitten. Stel een compromis: 'Ik wil dat je dit nog eet, de rest gooi ik weg.' Meestal lost dit de situatie vrij snel op, maar houd jij wel de touwtjes in handen. Maak je daarbij geen zorgen dat je kind een keer weinig eet. Als hij trek heeft, gaat hij echt wel eten.
Maar, mocht slecht eten zich herhaaldelijk voordoen, dan kunnen er ook andere dingen aan de hand zijn. Roept het eetmoment misschien negatieve associaties op bij je kind? Wellicht is er een keer ruzie geweest aan tafel? Misschien krijgt het kind wel helemaal geen keuzes en moet hij vanalles. Ook dit kan een reden zijn om slechter te gaan eten.
Slecht en vooral helemaal niet eten, is voor je jonge kind veelal een manier om zijn ongenoegen te uiten over iets. Dit is namelijk zijn enige middel om een echt verontrustend signaal af te geven. Probeer daarom altijd te kijken naar de oorzaak van het slechte eetgedrag van je kind.
Warm eten
Aparte aandacht wil ik hier besteden aan het warm eten. Vaak levert het warm eten namelijk de grootste strijd op. Groenten worden niet lekker gevonden, aardappels willen kinderen enkel met appelmoes en het enige wat er nog een beetje ingaat is pasta zonder saus. Klinkt dit bekend?
Allereerst: met groentehapjes introduceer je verschillende groenten bij je kind. Schroom hier niet om de meest uiteenlopende groenten en vooral smaken te gebruiken. Vaak gaan de groentehapjes er namelijk nog wél goed in. De groentehapjes kunnen langzaam over gaan in iets minder fijne hapjes en uiteindelijk stukjes rauwkost. Op het kinderdagverblijf bieden wij kinderen rond een uur of 15.00 elke dag rauwe paprika, wortel, komkommer en tomaat aan. In het begin misschien even wennen, maar door mee te eten en aan te geven dat het heel lekker is, eten alle kinderen nu met veel plezier deze groenten.
Daarnaast is de gouden tip (wat mij betreft) je kind betrekken bij het hele proces. Van keuzes maken, boodschappen doen en bereiden tot het opscheppen aan tafel. Ik begrijp dat dit niet altijd kan en dat hoeft ook zeker niet. Maar, door je kind het gevoel te geven dat je het samen doet, wordt het eten een leuke activiteit waar hij verantwoordelijkheid bij voelt. Als hij zelf heeft mogen kiezen dat hij bloemkool wil eten, dit zelf in de winkel heeft mogen pakken en thuis heeft gezien wat er nu eigenlijk met die bloemkool gebeurt, wordt het hele proces een stuk transparanter. Bovendien kan je kind trots vertellen aan tafel dat hij mama of papa heeft mogen helpen en wordt het opeten natuurlijk ook een stuk leuker. En dit geldt uiteraard niet alleen voor groenten, maar ook voor al het andere voedsel dat 's avonds op tafel komt te staan.
Verder is het (zoals ik het heb ervaren) verschrikkelijke 'je moet het leren eten' helaas wel waar. Kinderen moeten leren wennen aan de smaak bitter. En veel groente is helaas bitter. Kinderen hebben niet voor niets een natuurlijke voorkeur voor zoet. Dit omdat de smaak bitter nog veel intenser overkomt op een kind. De smaakpapillen zijn nog niet zo ontwikkeld als bij een volwassene. Weet dit, maar maak er geen vast 'riedeltje' van. Sommige dingen vindt je kind nu eenmaal niet lekker en dat mag best. Jij lust immers ook niet alles. Als je kind ouder is (basisschoolleeftijd) kun je afspreken dat het één of twee groentes uit mag kiezen dat hij echt niet lust en die hoeft hij dan bijvoorbeeld niet te eten.
Ook kun je een nieuwe groente introduceren door een 'probeerbordje' op tafel te zetten. Eet je voor het eerst spruitjes? Zet dan een bordje met een paar spruitjes op tafel waar je kind aan mag zitten, in mag knijpen, aan mag ruiken, enz. Iets in je mond stoppen wat je nog helemaal niet kent, is soms best een hele opgave. Door er eerst achter te komen wat de structuur is, hoe het er van binnen uitziet en hoe het ruikt, is de stap naar proeven en opeten een stuk kleiner.
Tot slot zijn er ontzettend veel hele leuke recepten om groente en ander voedsel te bereiden op zo'n manier dat het voor kinderen een stuk makkelijker wordt om te eten. Bepaalde smaken toevoegen of het leuk presenteren zijn veel gebruikte trucjes in de meeste kookboeken.
Tot slot, de 'trucjes' op een rij
- Stimuleer een ritme door het voeden wat uit te stellen.
- Gebruik eventueel een speciale fles als je overstapt van voeden aan de borst naar voeden uit de fles.
- Zorg voor rust, veiligheid en intimiteit tijdens het voeden.
- Laat je baby je vinger vasthouden tijdens het voeden.
- Aai je baby zachtjes over zijn wang tijdens het voeden.
- Wieg zachtjes heen en weer tijdens het voeden.
- Biedt eten speels aan en dwing niet.
- Biedt fruit- en groentehapjes op vaste, logische tijden aan.
- Biedt water en thee veel aan.
- Doe eventueel een schepje kunstvoeding door de thee.
- Eet samen met je kind.
- Probeer bij slecht of niet eten te achterhalen hoe dit komt.
- Maak geen strijd van het eten, maar stel een compromis.
- Geef je kind rauwkost (bij slecht eten van warme groenten).
- Betrek je kind bij het hele proces van eten (boodschappen doen, bereiden, etc.) en geef hem keuzes.
- Je kind kan niet alles lekker vinden, maar moet veel wel leren eten.
- Zet een 'probeerbordje' op tafel bij het introduceren van een nieuwe groente.
- Zoek naar leuke gezonde recepten voor kinderen.
Wil je dat ik een keer bij jou thuis kom om je hierbij te coachen? Dat kan! Kijk op www.parentingcompany.nl!