donderdag 9 januari 2014

Spelen

Kind (2,5) is druk in de weer met een aantal potloden. Ze sorteert de potloden per 'gezinnetje'. Ze legt ze op tafel en zegt bij elk potlood: "Papaaa" of "Mamaaaa" of Baby!"

Drie kinderen (allemaal rond de 3 jaar) zijn samen aan het spelen. Kind A (meisje) zegt over zichzelf en kind B (meisje): "Wij zijn de moeders!" en vervolgens tegen kind C (jongetje): "En jij bent de vader!" Waarop kind C zegt: "Nee, ik ben ook moeder!"

Spelen, een belangrijk thema in het leven van je jonge kind. Sterker nog, eigenlijk is alles spelen bij jonge kinderen. Door middel van spelen leren kinderen de wereld om zich heen ontdekken. Ook leren ze wat wel en niet mag en leren ze de sociale regels van het samen zijn door samen met andere kinderen te spelen.
In deze blogpost alles over spelen op jonge leeftijd en wat je als opvoeder wel en beter niet kunt doen om het leren tijdens het spelen te bevorderen.

Spelen, de basis
Spelen ligt aan de basis van de ontwikkeling van een jong kind. Door middel van spelen leert een kind ontzettend veel. Daarnaast wordt het spelen om verschillende andere doelen ingezet. Bijvoorbeeld om uit te proberen, zijn motoriek te verbeteren, een band op te bouwen met iemand anders en om te verwerken wat hij allemaal meemaakt.
Als kinderen heftige dingen meemaken, zien we vaak dat zij dit in hun spel verwerken. Dit kan zijn in interactief spel met leeftijdgenootjes, maar dit kan ook door middel van tekenen over de gebeurtenis of in je eentje de situatie naspelen met poppen. Meer hierover lees je hier.
Spelen speelt dus een hele belangrijke rol in het leven van je (jonge) kind. Als een kind niet kan spelen, heeft dat enorme invloed op zijn ontwikkeling. Sterker nog, hij zou zich nauwelijks ontwikkelen.
Een belangrijke therapievorm die wordt ingezet bij kinderen met een ontwikkelingsachterstand is de spel-therapie. Door middel van spelen kunnen alle ontwikkelingsgebieden worden gestimuleerd. De therapievorm 'spelen op de mat' is speciaal bedoelt voor kinderen die uit zichzelf moeilijk tot spel komen. Het kind wordt een veilige omgeving aangeboden (de mat) waarop samen met hem wordt gespeeld. Uiteindelijk is het doel om een kind zelfstandig op de mat te laten spelen of zelfs om de veilige speelplek uit te breiden naar buiten de mat. Deze methode blijkt vaak zeer effectief en toont aan dat kinderen zich door middel van spel ontwikkelen. Wil je meer weten over deze vorm van spel-therapie? Kijk dan in deze pdfhttp://www.carantegroep.nl/media/15357/Workshop-spelen-op-de-mat-200511.pdf.

Basic spelen met baby's
Spelen met baby's, hoe doe je dat? En hebben ze er eigenlijk wel wat aan?
Op veel kinderdagverblijven wordt tegenwoordig een (nieuwe) manier van spelen met baby's aangeboden. Dit wordt vaak 'basic spelen' genoemd. Basic spelen houdt in dat je door middel van spel de ontwikkeling van je baby stimuleert. Het 'spel' wat aangeboden wordt, is misschien niet het 'spelen' waar je als eerste aan denkt. Alhoewel; waar denk je aan als je denkt aan spelen met baby's? Kiekeboe? Kriebelen? Gekke geluidjes maken? Bij spelen met baby's denken de meeste mensen aan versimpelde vormen van spel die je met oudere kinderen ook doet.
En eigenlijk is dit ook al basic spelen. De naam zegt het ook: de basis van het spelen. Echter, de methode 'basic spelen' heeft zich nog meer verdiept in de belevingswereld van een baby. Wat kan een baby wel? Wat kan een baby niet? Waar reageren baby's goed op? Wat negeren ze?
Hierbij komen twee dingen duidelijk naar voren: aandacht geven aan alle zintuigen én gebruik maken van verschillende soorten materiaal.
Voorbeelden van basic spelen met baby's kunnen heel simpel zijn en zien we in de praktijk ook al veel. Zo zijn er de populaire knisperboekjes voor baby's. Vaak met simpele plaatjes bestaande uit primaire kleuren (ogen) én uiteraard het knisperen van de bladzijden (horen en voelen). Bij basic spelen kan gebruik worden gemaakt van alle materiaal wat de zintuigen stimuleert. Hierbij wordt vaak de meeste aandacht besteed aan de tast, omdat baby's in de eerste maanden vooral door middel van voelen (met handen, maar meer nog met de mond) de wereld ontdekken.
Denk aan: doekjes van verschillend materiaal (laat het langs de handen, wangen en mond van je baby gaan), bellenblaas (blaas de bellen langs je baby, volgt hij ze met zijn ogen, wil hij ze pakken met zijn handen?), belletjes (laat ze klinken aan weerszijden van zijn hoofd, volgt hij het geluid? draait hij zijn hoofdje?), een ballon (laat hem voelen, laat de ballon geluid maken, beweeg de ballon heen en weer). En dit zijn enkel een paar voorbeelden.
Mocht je het lastig vinden om zo iets te verzinnen, maak dan een doos aan met verschillende materialen. Op het moment dat je wilt gaan spelen met je baby, pak je de doos en raak je vaak vanzelf geïnspireerd.
Bij baby's die al beginnen te rollen en te kruipen, kun je materiaal ook net buiten hun bereik leggen om dit te stimuleren.
Onthoudt hierbij wel altijd: elke ontwikkelfase heeft zijn gevoelige periode. Veel eerder deze ontwikkelfase stimuleren heeft geen zin en zal je baby enkel frustreren. Wil je het rollen stimuleren? Wacht dan eerst af tot je baby dit uit zichzelf doet. Nu weet je dat hij het kan en kan je spelenderwijs gaan stimuleren.

Spelen is ontdekken
Naast het stimuleren van de ontwikkeling door te beïnvloeden kan de ontwikkeling ook geremd worden als er te veel wordt ingegrepen tijdens het spel. Spelen is ontdekken en dus moet er ook wel wat te ontdekken zijn. Als een baby kan rollen, maar alles krijgt aangereikt als hij er niet gelijk bij kan, zal hij het rollen niet nodig achten en het dus minder doen.
Steven Pont, ontwikkelingspsycholoog, heb ik horen zeggen: grijp alleen in als er gevaar dreigt voor het kind of de omgeving. Hiermee bedoelt hij dat je kritisch kijkt naar jouw gedrag als opvoeder en je, als je wilt ingrijpen tijdens spel, jezelf afvraagt: gebeurt er nu iets gevaarlijks als ik niet ingrijp?
Regelmatig kom ik de situatie tegen dat ruzies tussen kinderen al worden gesmoord als er eigenlijk nog weinig aan de hand is. Opvoeders vullen in: 'Ja, maar straks slaat de één de ander.' Vaak kunnen kinderen dingen onderling heel goed oplossen zonder de hulp van een volwassene. Natuurlijk houdt je het in de gaten en als jij vindt dat het uit de hand loopt, kun je alsnog ingrijpen of voorzichtig beïnvloeden/ het goede voorbeeld geven.
Een mooi voorbeeld wat ik ooit hoorde was dat van een kind die een blokkentoren bouwt. Het kind bouwt hoger en hoger en de toren dreigt bijna om te vallen. Bij het volgende blokje zegt de leidster tegen het kind: 'Doe die er maar niet op, want dan valt hij om!'. En het kind gehoorzaamt. Het resultaat is een prachtige toren, dat wel. Maar, was het nodig om in te grijpen? Dreigde er gevaar?
Spelen is ontdekken en er moet dus ook wel wat te ontdekken zijn. Laat je kind lekker doorbouwen tot de toren omvalt. Daar leert je kind alleen maar van en bovendien vinden kinderen dit vaak juist heel erg leuk. Snel weer opnieuw beginnen en weer laten omvallen!
Als ouder trek je je eigen grens van wat jij wilt en jij acceptabel en ongevaarlijk vindt. Laatst was ik bij mensen thuis met een dochter van 4. Een erg zelfstandig meisje. Toen ze wat wilde drinken, liep ze zelf naar de keuken, pakte een groot glas (glas, geen plastic) en een vol pak drinken uit de keuken. Ze stapte op een krukje, maakte het pak open en schonk haar glas vol. Een behoorlijk ingewikkelde handeling voor een kind van 4, zeker met zo'n vol pak. Het glas zat precies tot het randje vol, het pak werd netjes terug gezet in de koelkast. Het enige moment waarop de ouders deze situatie hebben beïnvloed, was op het moment dat het meisje met het volle glas naar de tafel wilde lopen. Papa zei: "Je glas zit erg vol, neem eerst maar even een slokje voordat je hier naartoe komt." Meisje luisterde, kwam aan tafel met haar glas, missie geslaagd!
Tijdens dit hele proces had ik zo 10 momenten kunnen bedenken waarop ingegrepen had kunnen worden. Glas, veel te gevaarlijk. Zelf een vol pak pakken, straks valt het. Zelf het pak open maken, dat kan ze niet. Zelf inschenken, veel te moeilijk. En je glas meenemen naar de tafel, ojee, het valt. Ken je deze gedachten? De ouders uit het voorbeeld hadden duidelijk alle vertrouwen in hun dochter. En terecht, zo bleek achteraf. Maar, dit was er natuurlijk een jaar geleden nog niet. Waarschijnlijk is dit hele ritueel echt wel eens fout gegaan. Glas gevallen, pak gevallen, kind gevallen... Maar, is dat echt zo gevaarlijk? De ouders van het meisje zullen het altijd hebben geobserveerd en zijn in de buurt gebleven. Zo kan je uiteraard wel snel ingrijpen als het glas kapot valt op de grond. En hier leert je kind alleen maar van. De volgende keer moet het een beetje anders.
Spelen is het leren begrijpen van de wereld. Spelen is leren van je fouten. Spelen is ontdekken en dus moet er ook wel wat te ontdekken zijn!

De ontwikkeling van spel
Het spelen van kinderen maakt, evenals de rest van de ontwikkeling, verschillende fasen door. Grofweg op te delen in drie fasen: het alleen spelen, het parallel spelen en het samen spelen. Binnen deze fasen zitten weer verschillende ontwikkelmomenten en verschillende vormen van spel. Ook hier geldt, zoals bij alle ontwikkelgebieden, elk kind ontwikkelt zich anders en op zijn eigen tijd.
Alleen spel
Dit zien we al heel vroeg bij baby's. In het begin ontdekken ze vooral zichzelf en later ook de wereld om zich heen. De baby speelt alleen en nog niet met leeftijdsgenootjes.
Parallel spel
Vaak ontstaat parallel spel een beetje 'per ongeluk'. Twee kinderen zitten naast elkaar te spelen, maar zijn beiden bezig met hun eigen spel. Ook deze kinderen spelen nog niet samen. Wel kunnen ze elkaar observeren en elkaar nadoen.
Samen spel
Samen spel tussen kinderen kent meerdere stappen. Eerst leggen kinderen wel contact met elkaar tijdens het spelen, maar wordt er nog weinig overlegt. Het ene kind mengt zich vaak in het spel van het andere kind.
Daarna ontstaat spel waarbij wordt overlegd. Kinderen gaan elkaar vragen om samen te spelen en overleggen ook over de inhoudt van het spel, over de regels en over wat ze wel en niet willen van de ander. Hieruit voort ontstaat fantasiespel. Een spelvorm waarbij kinderen een fantasie uit spelen. Het bekendste voorbeeld hiervan is waarschijnlijk 'vadertje en moedertje'. Een spelvorm waarbij de fantasie een grote rol speelt én daarnaast ook veel overlegd moet worden.
Daarna doorloopt de spelontwikkeling nog meer fasen, maar dit zijn de belangrijkste in de eerste vier jaar.

Spelen, sociale interactie
De fase van spel, het samen spelen, is een spelvorm waarbij kinderen ontzettend veel leren. Het spelen met elkaar is één van de belangrijkste manieren om de regels van sociale interactie te ontdekken en begrijpen.
We zien dit ook heel duidelijk in de natuur. Jonge katjes spelen met elkaar en leren zo wat pijn doet en wat niet. Ook leren zo door middel van spel hoe ze moeten jagen op hun prooi.
Spel is dus een hele natuurlijke manier van leren die we overal terug zien. Door met elkaar te spelen leren kinderen wat een ander wel of niet leuk vindt. Ook leren ze wat ze zelf wel en niet leuk vinden. Daarnaast leren ze voor zichzelf op te komen en ze leren omgaan met hun emoties. Kind A doet iets wat kind B niet leuk vindt. Kind B wordt boos en schreeuwt tegen kind A. Kind A verandert niets in zijn gedrag. Kind B wordt een beetje meer boos en slaat kind A. Kind A begint te huilen.
Beiden kinderen hebben nu ontzettend veel geleerd. Kind A weet wat kind B niet leuk vindt. Kind B weet dat als hij iets niet leuk vindt, hij dan boos wordt. Kind A weet dat als hij kind B negeert, kind B nog bozer wordt en gaat slaan. Kind B leert dat hij gaat slaan als hij heel boos is. Kind A heeft geleerd dat slaan pijn doet. Kind B weet nu dat kind A gaat huilen als hij hem slaat.
Dit betekent natuurlijk niet dat dit nu nooit meer voor zal komen. Dit soort situaties moeten een paar keer (en soms zelfs heel veel keer) voorkomen voordat een kind er van leert en het in de toekomst anders doet. Bovendien moet er een alternatief zijn, anders blijven beide kinderen bij hun oude methode, ze weten immers niet beter.
Uiteindelijk leren kinderen van elkaar wat de sociale regels zijn. Slaan is blijkbaar iets wat een ander niet leuk vindt. Wellicht slaat het andere kind terug. Is dat iets wat beide kinderen willen? Over het algemeen niet en dit zullen ze uitspreken naar elkaar. Zo leren ze: slaan is iets wat we allebei niet leuk vinden. Langzaamaan onderstaan er zo regels in het spel van kinderen. Uiteraard wordt hierin regelmatig gestuurd door volwassenen en dit is prima. Laat kinderen in hun veilige wereld van spel zelf ontdekken en plaats ondertussen de regels die wij in onze volwassen maatschappij hebben in het spel. Slaan is niet alleen niet leuk, slaan is iets wat niet mag. Geef een alternatief en laat kinderen weer spelen.
Naast het ontdekken van de sociale regels, speelt spel ook een grote rol in het begrijpen van elkaar en de wereld. Kinderen kijken naar volwassenen om dingen te begrijpen, maar evengoed observeren kinderen elkaar. Hoe lossen zij die ruzie op? Hoe maakt hij die puzzel? Waarom gaat hij nu huilen als zij hem slaat? Wat zou er gebeuren als ik die bal naar hem rol?
Voortdurend kijken kinderen naar elkaar om te begrijpen waarom de dingen gaan zoals ze gaan. Ze observeren, proberen en leren. Gaat dat kind ook huilen als ik hem sla? Kan ik die puzzel ook maken als hij het kan? Als ik naar de juf loop, krijg ik dan ook een knuffel? Kinderen leren begrijpen dat het ene gedrag het andere tot gevolg heeft. Kinderen leren dat alle kinderen anders zijn, maar dat bepaalde dingen voor iedereen gelden. Zo leren ze stukje bij beetje steeds meer begrijpen van de wereld om zich heen.
Tot slot is een hele belangrijke rol van spel, samenspel, het creëren van een band. Mensen zijn van nature sociale wezens en dat zien we terug bij kinderen. Kinderen wíllen graag samen spelen en zijn niet graag alleen. Kinderen wíllen graag vriendjes en kunnen ontzettend blij zijn als ze hun vriendjes weer zien. Als kinderen vaak samen spelen, zeggen ze in feite tegen elkaar: 'Wij vinden elkaar lief.' Bovendien duidt veel samen spelen vaak op een bepaalde 'klik' tussen twee kinderen. Er zijn gemeenschappelijk interesses, de karakters kunnen goed samen, ze begrijpen elkaar, ze kunnen elkaar helpen, enz. Er is altijd iets wat ervoor zorgt dat bepaalde kinderen graag met elkaar samen spelen. Na een tijdje is er steeds minder voorzichtigheid nodig om spel te initiëren bij elkaar. Kinderen weten als ze naar het kinderdagverblijf gaan: 'Als die er is, is het leuk.' Er is een band ontstaan. Kinderen leren al heel jong dat deze vriendschappen belangrijk zijn. Het ene kind komt voor het ander op, als het ene kind iets niet durft, durft het andere kind het wel en als het ene kind huilt, komt het andere kind met een knuffel.
Vriendschappen geven een kind een fijn gevoel, het geeft ze troost en vertrouwen. Kinderen leren ook dat ze moeten investeren om deze band te creëren en te behouden. Gelukkig gaat dat bij kinderen vaak nog heel erg vanzelf. Zeker als ze elkaar regelmatig zien op het kinderdagverblijf.

Spelen is de voornaamste manier van leren, ontdekken en begrijpen van een jong kind. Stimuleer en beïnvloed, maar laat je kind ook vooral lekker zelf spelen en ontdekken! En als je zin hebt, speel je gezellig mee!

Wil je dat ik een keer bij jou thuis kom om je hierbij te coachen? Dat kan! Kijk op www.parentingcompany.nl!